Zijn plan is om een boek te schrijven over de Boeddha, de grootste wijsgeer uit het Oosten, waarin hij hem ontmaskert als een machtsbeluste sekteleider. Alleen zo kan hij een punt zetten achter een jeugd vol spiritualiteit en zijn ouders bewijzen dat hij zijn eigen leven kan leiden. Het loopt anders.

In het plaatsje Lumbini, waar de Boeddha 2500 jaar geleden is geboren, krijgt hij een baan aangeboden in ’s werelds grootste boeddhistische bibliotheek. In een instituut dat lijkt opgetrokken als een vesting werkt hij samen met een Duitse Tibetoloog en een Italiaanse academicus. Het is Caspers voornaamste taak bezoekers buiten te houden; het instituut is hun geheim. Vlak voordat zijn vader langskomt om zijn nieuwe leven te zien, raakt Casper door een conflict alles kwijt. Vol schaamte en verdriet begint hij met zijn vader aan een epische tocht door de Himalaya.

‘Casper Luckerhof ziet op een reis naar Nepal al zijn ambitieuze plannen in de soep lopen. Zijn verslag van de dagelijkse gang van zaken in een boeddhistisch instituut is buitengewoon grappig.’
* * * * Volkskrant